Prins
Bernhard
Stichting
         
 
 

Historie

Oprichting en fusie

De Prins Bernhard Stichting werd op 22 januari 1946 op initiatief van 40 personen, merendeels officieren der Koninklijke Landmacht, bij notariële akte opgericht als militair steunfonds. Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Bernhard heeft zich destijds bereid verklaard het beschermheerschap te aanvaarden en heeft tot aan zijn overlijden op 1 december 2004 een warme en actieve belangstelling getoond voor de activiteiten van de Stichting.

Gedurende de eerste jaren na de bevrijding werd voornamelijk hulpverleend aan leden der voormalige Binnenlandse Strijdkrachten, dienstplichtigen en aan oorlogsvrijwilligers.
Daarna, in de jaren 1948 - 1951, kreeg de Stichting ook vele verzoeken om hulp vanuit Indonesië en Nederlands Nieuw-Guinea gerepatrieerde militairen. Later betrof de hulpverlening ook de militairen die in het kader van het optreden door de Verenigde Naties uitgezonden waren geweest naar b.v. Korea, Libanon, Cambodja, het voormalige Joegoslavië of de Perzische Golf en diverse andere gebieden. Voorts waren er aanvragen van in Nederland dienende militairen en van ex-militairen. Gedurende het hele bestaan van de Stichting werd ook een groot aantal nagelaten betrekkingen geholpen, die voor hun levensonderhoud afhankelijk waren van het inkomen van overleden militairen. Daarnaast is het accent aan het verschuiven naar jonge veteranen, die hebben gediend in Irak, Afghanistan en Mali.

Op 22 november 2008 werd besloten tot een fusie tussen de Prins Bernhard Stichting en de Stichting BNMO-Van Lanschot-fonds, in overeenstemming met de desbetreffende bepalingen van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en de Statuten van elk der betrokken stichtingen. De akte van fusie werd op 11 december 2008 gepasseerd, zodat de fusie met ingang van 12 december 2008 van kracht is geworden.

De activiteiten van het Fonds zijn door de Prins Bernhard Stichting overgenomen en de naam van het Fonds wordt in de correspondentie vermeld.

In de statuten is gewaarborgd, dat de doelgroep van de Stichting BNMO-van Lanschot-fonds, te weten de leden van de Bond van Nederlandse Militaire Oorlogs- en dienstslachtoffers (BNMO), daarin dezelfde plaats zal innemen als die zij had in de statuten van de Stichting BNMO-van Lanschot-fonds.

Daarom verleent de Prins Bernhard Stichting sindsdien steun aan veteranen en aan de leden van de BNMO, en ook aan hun nagelaten betrekkingen die op het moment van het overlijden van de betrokken (ex-) militair van diens inkomen afhankelijk waren.


Een casus:
Deze kleine fondsaanvraag betreft een veteraan, die traumabehandelingen heeft ondergaan om zijn PTSS-klachten aan te pakken. Inmiddels is hij uitbehandeld. Hij komt maar net rond met zijn uitkering, waardoor er geen financiële ruimte is voor extra's. In het verleden heeft hij met succes een beroep gedaan op het ABP voor een Voorziening hobby, maar de daar uit voortvloeiende financiële ruimte heeft hij aan zijn visuitrusting besteed. Deze aanvraag betreft een aanvulling op zijn visuitrusting om hem in de gelegenheid te stellen ook bij koudere weersomstandigheden zijn vishobby te beoefenen. Door het vissen heeft betrokkene een stuk kwaliteit van leven teruggekregen en deze hobby geeft hem rust en zorgt voor een stabiele situatie. PBS schenkt € 300,- om betrokkene in staat te stellen om zijn nuttige hobby ook onder minder gunstige weersomstandigheden te beoefenen.


Lidmaatschap NSDAP Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Bernhard

In 1946 heeft Prins Bernhard desgevraagd ingestemd om zijn naam te verbinden met de stichting, die in dat jaar werd opgericht om financiële steun te verlenen aan veteranen van de Nederlandse Krijgsmacht en aan de leden van de BNMO, alsmede aan hun nagelaten betrekkingen. Met als doel om het maatschappelijk functioneren en het maatschappelijk welzijn te bevorderen van hen die wezenlijk financieel in nood zijn komen te verkeren en van overheidswege geen toereikende hulp (kunnen) ontvangen.

De naam van de stichting brengt tot uitdrukking de verbondenheid van de veteranen van Nederlandse krijgsmacht, waaronder begrepen de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten, met wijlen Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Bernhard der Nederlanden.
De vondst van de fysieke kaart van het NSDAP-lidmaatschap van Prins Bernhard was een bevestiging van eerder bewijs dat aan het licht was gekomen. In de jaren 50 werd door de Amerikanen een kopie gemaakt van de NSDAP-kaart. In 1996 werd die kopie gevonden door twee Nederlandse historici.

De PBS betreurt het, dat Zijne Koninklijke Hoogheid tot zijn dood ontkend heeft dat hij lid was geweest van de nazipartij. Echter door zijn voorbeeldfunctie tijdens de Tweede Wereldoorlog voor de leden van de Nederlandse krijgsmacht en het verzet, zijn inzet voor de erkenning van, en hulp aan, de veteranen en tijdens zijn leven zijn immer grote belangstelling voor de PBS, is het bestuur van mening, dat dit gegeven geen afbreuk doet aan haar verbondenheid met de Prins.